Samen slim op weg-event geeft vorm aan operationeel verkeersmanagement

Tijdens Samen slim op weg werd duidelijk hoe snel de ontwikkeling van digitaal verkeersmanagement gaat en hoeveel partijen hierin een rol hebben: van wegbeheerders en regio’s tot serviceproviders, kennisinstellingen en Europese partners.

Een belangrijke drijfveer achter de ontwikkelingen is de Europese regelgeving. De herziene RTTI-verordening en de Europese ITS-richtlijn bieden een kader voor standaardisatie, betere datakwaliteit en een meer gecoördineerde aanpak in Europa. Deze kaders stimuleren wegbeheerders om actuele, betrouwbare en digitaal  verwerkbare verkeersdata beschikbaar te maken, zoals snelheidslimieten, wegwerkzaamheden, incidenten en tijdelijke afsluitingen. Via de National Access Points (NAP’s) kunnen serviceproviders deze gegevens vervolgens benutten om weggebruikers nog beter te informeren en te begeleiden. In Nederland vervult het Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata (NTM) de rol van het NAP.

Nederland loopt voorop met de opschaling van in-car verkeersmanagementdiensten. Daarbij maken wegbeheerders steeds meer gebruik van NDW-applicaties zoals Melvin (voor de afstemming van wegwerkzaamheden), George (voor geografische data en wegkenmerken) en Diego (voor regelscenario’s ), die een uniforme werkwijze ondersteunen en zorgen voor betrouwbare, goed gestructureerde data. Tegelijkertijd maakt een RWS-tool als Routeradar inzichtelijk welke routeadviezen weggebruikers via navigatieapps te zien krijgen. Dat helpt wegbeheerders en serviceproviders beter om ongewenste effecten van actuele verkeersinformatie te herkennen en met elkaar af te stemmen.

Een terugkerend thema is de groeiende beweging richting de ‘lege berm’: minder fysieke borden en meer digitale informatie in de auto brengen. Hoewel digitale informatie steeds belangrijker wordt, blijft fysieke infrastructuur voorlopig nodig om tegemoet te komen aan weggebruikers zonder digitale hulpmiddelen. Het vinden van de juiste balans vraagt om een zorgvuldige aanpak, heldere richtlijnen en vertrouwen in datakwaliteit.

De Smart Mobility Monitor laat zien hoe vertrouwd reizigers inmiddels zijn met navigatiesystemen en ADAS-functies in voertuigen. Tegelijkertijd blijft bewustwording van gedrag en techniek nodig: weggebruikers kennen niet altijd de werking van systemen en weten niet altijd hoe zij digitale informatie het best kunnen interpreteren. Daarom is het belangrijk dat techniek en communicatie hand in hand gaan.

Samenwerking is de rode draad in alle ontwikkelingen. Zowel publiek-publiek als publiek-privaat moeten partijen goed op elkaar zijn ingespeeld. Dat vraagt om duidelijke rollen, een consistente werkwijze, structurele ondersteuning in de regio’s en een volwassen dataketen waarin kwaliteit, feedback en transparantie centraal staan. Europese projecten zoals TISGRADE versterken deze samenwerking verder door te werken aan betere datakwaliteit, interoperabiliteit en digitale uniformiteit in heel Europa.

De plenaire afsluiting van Samen slim op weg gaf een duidelijk toekomstbeeld: digitaal verkeersmanagement wordt volwassen en levert aantoonbare meerwaarde. De basis staat, de diensten ontwikkelen zich verder door en de samenwerking groeit. Maar verdere opschaling, professionele ondersteuning, kwaliteitsborging en het meenemen van weggebruikers blijven essentiële vervolgstappen. Met de overgang van VM-IVRA naar Draaiende Ringen begint een nieuwe fase waarin Nederland samen met Europese partners blijft bouwen aan betrouwbaar, efficiënt en toekomstbestendig digitaal verkeersmanagement.